vrijdag 26 februari 2010

De stemming in SeaWorld

De stemming zit er niet echt in Het SeaWorld Adventure Park in Orlando waar ik woon.  En dat is mijn schuld; ik heb iets stoms gedaan. Jaren heb ik mij ingehouden. Mijn agressie en frustratie kon ik kwijt door de joelende menigte mensjes met het ijskoude water drijfnat te spetteren. Met mijn staart zwiep ik het water ver over de eerste veertien rijen van het Shamu Stadium. Met machtige klappen sla ik het verdriet om de eenzame opsluiting van mij af.

Naast het natspetteren van de mensjes is mijn belangrijkste bezigheid de voortplanting. Fuck, ik heb inmiddels geloof ik al zo’n zeventien nakomelingen in het water gekieperd. Eigenlijk had ik daar natuurlijk helemaal geen goesting in, want welke vader zorgt nu voor nageslacht dat niet in de vrije natuur kan opgroeien? Ik ben er niet trots op, maar  de mensjes fokken mij steeds weer op door een verleidelijk orcawijfje  in mijn bassin te lokken. Hou dan je hormonen maar eens in bedwang.

Ik ben, al zeg ik het zelf, een grote jongen. De mensjes doen wel flink, maar ze zijn zo bang voor mij dat ze niet met mij in het water komen spelen. Ondertussen hoor ik de rest van de orca’s wel lekker met mensjes spelen en spetteren. Ze kroelen, wrijven en masseren dat het een lieve lust is, terwijl ze mij van veilige afstand een moot zalm toegooien. Hier jongen, heb jij ook wat, ga jij maar even lekker spetteren, in je eentje.

Gisteren stond dat leuke trainermensje er weer. Die met die pronte paardenstaart. Ze lokte me naar de kant om me een lekkere mensjesmassage te geven. Het zonnetje scheen. En ineens kon ik me niet meer beheersen. Ik wilde ook wel eens met  zo’n lekkere meid door het water scheren. Heerlijk lijkt me dat, met die kleine kriebelende voetjes op mijn rug. Of nog lekkerder, als ze met haar armpjes aan mijn flippers tegen me aanhangt. Toe maar mensje, kom maar tegen pappa’s buik.

Plotseling kon ik me niet meer beheersen. Ik gaf maar een klein rukje aan haar paardenstaartje om haar eindelijk bij mij in het water te krijgen. Wist ik veel dat die mensjes zo teer en breekbaar zijn? Tevergeefs heb ik nog geprobeerd om het goed te maken. Gewoon zachtjes met mijn neus tegen haar aanduwen. Toe nou mensje, speel nu ook eens met mij…

Het is hier nu angstig stil. Geen mensje in het Stadium te zien, de trainermensjes blijven nu op een nog grotere afstand. Het lijkt alsof ze erg boos op me zijn, maar ik heb dit niet gewild. Ik wilde gewoon ook wel eens wat de andere orca’s hier iedere dag krijgen en waar Het Park zo’n reclame mee maakt: “Our trainers interact with the animals”. Ja, ja, maar dan toch niet met mij en ik zie de toekomst wat dat betreft somber in……