zaterdag 24 april 2010

Powercut en powerswitch

Tenzij we een speciale afspraak hebben, laten wij de natuur zijn gang gaan en zetten wij geen wekker. We zien wel hoe laat we weer wakker worden! Maar vanmorgen knipperde de door Hotelbeds verstrekte digitale wekker op 12:53 uur toen wij voorzichtig de ogen openden vanwege het felle licht dat door de flutlamelletjes scheen. 12:53 uur…? Een snelle controle op de ouderwetsche Nokia mobilullofoon, leerde dat het 7:30 uur local time was. Precies het moment waarop wij graag spontaan uit onze dromen terug willen keren naar de realiteit. Ook de klokjes van de oven en de magnetron knipperden, zodat we aannamen dat we vannacht een powercut hebben moeten incasseren. No problemo, de klokjes waren in een jiffy weer gelijk gezet. Eerste klusje geklaard.

Teleton heeft zijn broodje in de ochtend het liefst knapperig. Kleffe kadetten komen er bij hem niet in. Soms piept hij de puntjes gedurende vijf minuutjes op 375 graden F, even op in de oven. Vandaag had hij zin om ze even in de toaster te roasteren. Hij had nog heerlijke aardbeitjes, die doen het voor de zoete trek altijd erg goed op een verst getoast broadje. En ham, voor de hartige hap in de ochtend. “Ham, daar gaat je mond van dicht”, sprak mijn moeder zaliger, die haar handen en oren vol gehad moet hebben aan de kleine kletskous Teleton!

De vertrouwde klik van de gebruinde broodjes die uit de toaster wippen, bleef uit. Spierwit bleven ze in de toaster zitten, niet vooruit te branden! Wij bleken overal weer 110 volt prik op de stopkontakten te hebben, behalve in de keuken. Daar wij niet voor een stopkontaktgat te vangen zijn, verplaatsten wij de toaster naar elders waar wel stroom getapt kon worden, genoten alsnog van een knapperig ontbijtje en bedachten een oplossing voor de stroomloze stopkontakten in de keuken. Met een blik van “dat varkentje was ik wel effetjes” opende ik het luikje waarachter zich de switches van de verschillende groepen bevinden. Alle switches stonden fier in the upright position. Wat nu, wat nu, zei Pietje Pru…..

In de instructiemap van Amazing Vacation Homes vonden wij een telefoonnummer. Maar ja, hoe leg je uit dat er geen stroom op de stopkontakten in de keuken staat…? Wij oefenden het gesprek en kwamen overeen dat Teleton zelf de boodschap zou overbrengen. “There is no power on the outlets in the kitchen”, zou de de magische boodschap moeten luiden. De telefoon werd gelukkig snel opgenomen. “Hello”, klonk het aan de andere kant. Wat doet een vrouwenstem toch veel door de telefoon! Ik was meteen gerustgesteld. Met een man over de elektrotechniek praten, daar zag Teleton een beetje tegen op. Maar een vrouw moest hij toch wel kunnen hebben, al was het dan in English.

Na het veelbelovende “Hallo” bleef het angstig stil. Ze zei niet wie ze was of wie ze vertegenwoordigde. Ik had natuurlijk verwacht dat ze zou zeggen: “This is Candy, from Amazing Vacation Homes…….” Maar het bleef stil. Teleton werd er onzeker van. Misschien had hij wel een afhaalchinees gebeld, een pizzakoerier of een escortservice. Leg dan maar eens uit dat er geen power meer in the outlet zit…. Om de situatie helder te krijgen, hakkelde Teleton ook maar eens: ”H..Hallo”!

“How may I help you”, klonk het vriendelijk en geduldig van gene zijde. Gelukkig, geen chinees of pizzaboer! Maar ik sloot de escortservice nog steeds niet uit. Ze klonk zo fris en verleidelijk. “There is no power on the outlets in the kitchen” perste Teleton er uit. “Na, let’s see if we can sort that out”, klonk het vriendelijk maar vastberaden aan de andere kant van de lijn. “Are you in the kitchen” ? Ja, ik was natuurlijk op de plaats delict gebleven. “Na, if you watch the outlet closely, you can see a very small reset switch, its a small button”. En verdomd; er zat een miniscuul klein knopje verstopt, in de zelfde kleur als het stopcontact.

Ik kreeg de instructie om het kleine knopje nu met beleid in te drukken. Met de indexfinger. “Brandt er nu een klein rood lampje…..”? Ja hoor, dat brandde! “That’s a good boy, have a nice day”, klonk het door de telefoon. En Teleton? Die had inmiddels een klein rood hoofdje gekregen.  Met wat geduld en vriendelijkheid krijgen de vrouwen de boel toch altijd weer op spanning.

“Ik heb weer stroom hoor”, riep Teleton naar de achteren, waar Lidy juist de bedden verschoonde. “Fluitje van een cent” voegde hij er trots aan toe! “Goed zo jongen”, klonk het bemoedigend uit de slaapkamer “Ik heb plezier van je”. Met twee vrolijke vrouwelijke complimentjes op zak heeft de stemming er bij mij de hele dag lekker in gezeten!

I won’t forget a single day, believe me

Zaterdag. Koffietijd op het balkon. Alle wekelijkse KAa UUu TEEe klusjes zijn gedaan. Lidy wist wel weer een wissewasje te wassen en te drogen. Ter compensatie zuig ik stof. Met de Kinks op de radio: Thank you for the days……Ik schop de muilen uit en dans met de Heavy Duty stofzuiger zoals je alleen met amerikaanse stofzuigers kunt dansen. Secuur neem ik een binnenbochtje, pootje over en een hand nonchalant op de rug. Those endless days, those sacret days you gave me…..klinkt het uit het kleine speakertje, maar toch nog net  boven het geluid van de Hoover uit. I’ m thinking of the days, I won’t forget a single day, believe me. Raymond Douglas Davies zingt gewoon door maar als ik met mijn stofzuigert de slaapkamer in dans, verlies ik hem uit het oor.

BILD0934 De mini apple pie van The Bakery @ Walmart gaat voor 1 minuut en 40 secondjes in de magnetrono. Not a reduced calorie food, staat er op het doosje. Daarom delen we hem, niemand die ons ziet op ons balkonnetje. No sugar added staat er geruststellend op de andere kant. Had ik toch eigenlijk wel een hele gelust…. Lidy maakt een foto; Teleton op z’n Schilderwijks. “Onslow, doe alsjeblieft je shirt aan”, plaagt ze. Om het nog erger te maken, kan hij de verleiding niet weerstaan en logt hij illegaal in op het onbeschermde netwerk. Om gezellig naar de radio te luisteren. De Golden Oldies zijn hier niet van de lucht.

BILD0936 In de verte speelt een jong gezin in het zwembad. Splish, splash I was taken a bath, fluistert de radio zachtjes. In de palmboom tegenover ons balkon landt een roofvogel. Zou dit de barbaar zijn die de ducklings heeft verorberd? Allerlei vogels struinen door het gras, zo te zien is voldoende te eten. Ook de libellen zijn op jacht. Moeder eend neemt in het midden van de vijver haar wekelijkse bad.Eindelijk rust……maar het is ook nog maar half twaalf. De radio:
I was a rollin' and a strollin', reelin' with the feelin',
Moving and a groovin', splishin' and a splashin', yeah!

Straks doen we wat boodschapjes. De caramel gel moet nog terug naar de Walmart. Lidy wil graag naar de opening van de tweede winkel van Sephora in de JC Penny van de Florida Mall. Zelf verzamel ik moed voor de aanschaf van een nieuw fototoestel. Ik ben geen fotograaf, zal het nooit worden ook, maar toch denk ik stiekem dat de aanschaf van een nieuw, duurder toestel mijn kiekjes zal verbeteren. Juist nu Epcot op zij allermooist is, bleken alle foto’s van gisteren weer mislukt. We gaan daarom ook nog maar eens langs een Best Buy.

Omdat het toch tijd is voor vertrek, vind ik het wel best dat de illegale verbinding, die toch al very low was, wordt verbroken. Bij mij krijg je de stemming er zo maar niet uit. Believe me.

vrijdag 23 april 2010

Een middagje Epcot

Bol met borderIn de loop van de middag togen wij naar Epcot. Al kwebbelend reden we de afslag voorbij zodat we pas bij het Animal Kingdom konden keren. En zo zagen wij dat de shortcut over Sherbert Road tegenwoordig zeer intensief gebruikt wordt. Zelfs op deze stille dag stond er een file voor het stoplicht dat wij twee keer op rood zagen springen alvorens wij van het groen gebruik mochten maken.

 

Onder het genot van de Sirius advertentie- en kletslvrije radio genoten wij van de soft rockzender The Bridge en tuften wij een verder foutloos parcours naar ons geliefde Epcot waar de Jeep in Create op rij 41 mocht plaatsnemen. In het warme middagzonnetje wandelden we naar de ingang waar we de lokale beveiliging wakker maakten om de rugzak te laten controleren. Voor het rechter ticketapparaat stond een kleine rij en omdat deze mensen het linker apparaat ook werkelijk links lieten liggen, squeezden wij ons met een routineuze maar liefdevolle tik van de linkerwijsvinger door de controle.

Parijs met borderHoewel het erg rustig was, waren alle fastpassen voor Soarin’ voor de rest van de dag uitverkocht. Wij liepen over de rechter oever en The British Invasion (gloeiende, gloeiende, gloeiende, wat was het heet op het pleintje) via Parijs naar het American Theatre waar in just ten minutes de eerste gig van The Atlanta Rythme Section zou beginnen. Alle plekken in de schaduw van de overkapping waren reeds bezet, de boompjes waren of gemilimeterd of gestorven, maar boden in ieder geval geen enkele beschutting meer.

Na enige tijd slofte er een stelletje oudere jongeren het toneel op. Ze scharrelden een beetje aan de apparatuur en de instrumenten. Wegwezen gajus, dacht ik, hier speelt straks The Atlanta Rythme Section. Tot een stem ons er op wees dat dit The Atlanta Rythme Section was. Een lauw applausje, meer kon er niet af. Zo ga je al af voor je bent opgekomen. De pianist nam bedachtzaam plaats achter het klavier en zette zijn leesbril op. Rock & Rollllll…….!De rest stond er bij als schoonmakers na een staking van drie weken; uitgewoond van het polonaise lopen.

Laten we het hier op houden: Het waren stuk voor stuk prima muzikanten. Van interactie met het publiek hadden ze helaas geen van allen enige kaas gegeten, dus bleef het een flauwe boel. Als je zo’n grote hit hebt gehad met Spooky en je speelt het zo ongeinspireerd, heb je eigenlijk in zo’n themapark niets te zoeken. De British Invasion, die drie maal daags een dosis oude Engelse hits mag spelen, doet dit meer meer elan en betrokkenheid dan deze top act die wat mij betreft de naam kan veranderen in de Atlanta Funeral Selection. Wat een grafstemming….Veel bezoekers liepen voortijdig weg. Ik zat de hele gig uit, herkende vaag een aantal nummers en besloot de twee andere voorstellingen te laten voor wat ze zijn. Voor iemand die altijd wakker wordt met een liedje in zijn hoofd, wil dat wel wat zeggen.

In dit Golden Oldies circuit spelen grote namen. Ik noem Flo en Eddie. Of Arlo Guthrie, Paul Revere and the Raiders. Namen waarbij de gemiddelde Europeaan nu niet direct op de banken klimt, maar die wel drie keer twintig minuten weten te boeien, of je hun reperoire nu kent of niet. Vroeger kon je ze allemaal zien in Epcot, maar nu doen ze het met de Atlanta Euthanasia Selection. Voor een  barmhartig einde van uw Rock & Rollcarriere…Volgende week: Fran Cosmo wiens Bostonrepertoire ik wel ken, maar van wie ik geen idee heb hoe hij het publiek bespeelt. Daarna nog Chubby Checker en David Cassidy. Hoewel ik niks met hun repertoire heb, weet ik nu al dat ik alledrie hun gigs zal bijwonen. Vaklui!

Epcot kleine bol Wij lieten ons nog uitgebreid portretteren door de vriendelijke Disneyfotographers en verlieten het park rond een uur of half zeven. Tsja, tsja, tsja, wat zullen we eten? Even wachten, nog even wachten…..even wachten nog………Pizza! Voor elf dollar en vijfenzeventig cent sloten wij in de rij bij CiCi’s aan.

Alle messen waren gestolen, vast door Italianen he, die kunnen hun handen niet thuis houden. Het bestek bestaat bij CiCi’s vooralsnog alleen uit vorken en lepels. Gelukkig laat een pizzapunt zich gemakkelijk met de tien geboden naar binnen schuiven. Bovendien vind je op iedere tafel een dispenser met servetjes, dus who gives a shit. Waren wij de vorige keer nog vol lof over de knapperige, verse salades, deze keer leek het meer op een stampot andijvieprakje. Uit ballorigheid namen wij een extra appelkruimelpunt als nagerecht. We kleefden tot achter onze oren, maar gingen met een goed gevoel huiswaarts, waar ik zowaar nog zin had deze heerlijke dag  even snel vast te leggen. Waarvan akte!

Fijn weekend!

Epcot kleine bol

De vrolijke vakantievoeten van Teleton

Ik mag graag een beetje opscheppen. Zo heb ik prachtige voeten. Als ik vroeger, in Scheveningen op blote voeten door het harde zand liep, keken de meisjes altijd met gepaste bewondering naar die prachtige voetafdruk. Veel jongens hadden platvoeten waardoor ze een plomp gat in het zand nalieten en daar knapt een jong meisje naturlijk op af. Nee, dan mijn voetafdruk. Vijf tenen, dan twee afdrukken van de voetkussentjes, dan een hele tijd niks, maar da’s logisch met zo’n geweldige voetholte en dan en een mooie, ronde afdruk van de hiel.

Toen ik eens, nadat ik van de bromfiets was gereden, voor onderzoek naar het Ziekenhuis van Sint Johannes de Deo was gebracht, werden meerdere doktoren, podologen, verpleegkundigen en anaesthesisten door de dienstdoende arts naar mijn bed geroepen. Ik vermoedde dat ik stervende was, maar neen, het bezoek van de medici had een puur instructief karakter. Zij keken slechts met bewondering naar mijn welgevormde voeten.

Nadeel van zulke voorbeeldige voeten is dat de pasvorm van de confectieschoenen niet aan zoveel schoonheid is aangepast. Fabrikanten rekenen niet op zo’n prachtige hoge wreef maar gaan uit van de grootste gemene platvoet. Voor mijn werk was ik dan ook altijd veroordeeld tot het dragen van extra wijde broques van van Bommel. Tegenwoordig stap ik graag op Rockports rond. Ook dit merk levert extra wijde modellen, voor het kleine maar o zo gevoelige hogere wreefsegment.

Bij de onder Floridagangers bekende schoenenwinkel Bass vond ik anderhalf jaar geleden een paar Zweedse muilen, extra wijd en dus bij uitstek geschikt voor de vrolijke vakantievoeten van Teleton.  Voor een vlotte afhandeling bij de airportsecurity schiet je immers het gemakkelijkst uit een slof zonder veters en thuis deden de muilen uitstekend dienst als pantoffels. Het conterfort van de sloffen begon slijtplekken te vertonen en omdat Teleton er niet graag voor schobberdebonk bijloopt, werd een paar nieuwe muilen gebudgetteerd.

Met zelfverzekerde tred betraden wij de Bass-winkel met de bedoeling om ons snel met een  paar vetlederen Skandinavische muilen uit de voeten te maken. Er bleken nog slechts twee paar in voorraad. Extra wijd. Afgeprijsd ook nog, naar 19,95. Maar helaas alleen nog in maat 7. Voor een opschepper met een grote muil is dat helaas niet voldoende.

BILD0927 En zo, beste lezers, schrijft Teleton op zijn gerafelde muilen, gezeten op het schaduwrijke balkon zijn dagelijkse stukje over het leven in Florida. Bij gebrek aan kind, doet Lidy zelf de was en over een half uurtje vertrekken wij naar Epcot waar the Atlanta Rythme Section vanavond voor ons optreedt. Onnodig te zeggen dat de stemming er hier, mede dank zij de strakblauwe lucht, de verfrissende bries en het heerlijke broodje garnalensalade dat mij zojuist wordt aangereikt, nog steeds prima in zit. En als er niets verandert, dan blijft dat zeker zo.

donderdag 22 april 2010

Caramel & Candy

Allereerst een woord van dank aan alle trouwe lezers van dit blog. Mede dank zij de buurvrouw en haar keeshond gaan we binnenkort het onwaarschijnlijke aantal van 10.000 bezoekers halen. En we zijn nog geen twee weken in Florida! Aan de leuke reacties te zien, zorgen de columns voor de nodige hilariteit, opwinding of verbazing. En dan ben ik zelf degene die het meest aardigheid aan het schrijven van de stukjes beleeft!

De donderdag wordt normaal gesproken thuis gebruikt voor het doen van de boodschappen. Als beloning voor het muilezelen mag ik bij mijn visvriendinnen van visboer Schots lekker de grootste warme lekkerbek van de hele viskraam uitkiezen.  “Wilt u er mischien ook kruiden op”, is de standaardvraag. “Alleen aan de onderkant, alsjeblieft , luidt het wekelijkse grapje. Met mij kan je lol hebben, hoor. Omdat het vandaag donderdag is, togen wij, bij gebrek aan Albert Heijn,  met ons boodschappenbriefje richting Walmart.

De aardbeitjes waren immers op en we hadden nieuwe bananen nodig, zodat we zelf een heerlijke fruitmix kunnen maken met de watermeloen van de Publix. Verder moest er vers groenvoer worden ingeslagen, een flesje Ranch, wat broodjes en tomatensap. En de haargel was op. Teleton heeft van nature een warhoofd waar niet tegen op te borstelen valt, dus gaat een likje gel er na het douchen wel in, zodat hij toch nog enigszins toonbaar door het leven gaat. Tussen de gigagezinsverpakkingen gel vond ik op de onderste plank nog een potje dat mij de komende weken een zorgvuldig gestylde krullenbol moet bezorgen.

BILD0921Verder liep ik op de herenafdeling alweer een alleraardigste polo tegen het lijf. De uit het vaderland meegebrachte collectie bestaat immers uit de aller alleroudste exemplaren die wij hier maar al te graag tegen de nieuwste modellen inruilen. Een snelle blik in het petjesdepartement leerde mij dat de Walmart ook geen platte petten verkoopt. Net toen ik mij verzoend had met het idee dat ik het deze vakantie weer met mijn ouwe trouwe petje zou moeten doen, viel mijn oog op de hoedjes. Van huis uit sta ik tweeslachtig tegenover hoedjes. Ik heb er een aversie tegen omdat ze mij doen denken aan de  duizenden Opel Kadetbestuurders die mij jarenlang in het verkeer op weg naar huis of werk, getooid met hun door Opel  zelf verstrekte bijpassende gleufhoedjes, op de linkerrijbaan met 110 kilometer per uur in de weg hebben gezeten.

Anderzijds bewaar ik prettige jeugdherinneringen aan hoedjes. Niks was leuker om, als jongen in de Haagse Tram, net voor je uitstapte een kort maar krachtig tikje tegen de achterkant van het hoedje van een vreemde meneer of mevrouw te geven, waardoor hij/zij even van een zeer lokale zonsverduistering kon genieten. “Hoedje wip”, proestte je het dan uit en gierend van de pret verliet je schielijk de tram. Glimlachend paste ik wat hoedjes en vond zowaar een geschikt en guitig exemplaar dat ook nog eens uitstekend bij mijn nieuwe polo paste.

Thuisgekomen vond ik wel dat de nieuwe gel een rare kleur had, maar ik besluit er niet te veel aandacht aan te besteden. Ik maakte de handen nat, nam een flinke lik  en wreef het goedje geroutineerd door de haren. Lidy keek mij wat vreemd aan, toen ik uit de badkamer kwam. “Mijn hoedje, ze vindt het niks”, dacht ik onmiddelijk. Maar dat was het niet. Ik had, in plaats van de vertrouwde peper en zoutkop, plotseling egaal bruine haren gekregen…..Geschrokken las ik wat er precies in de gel zat; Caramel kleurstof! En daar had Teleton dus even niet op gelet.

Even later ging de telefoon. “Dat zal wel weer voor Candy wezen” bromde ik naar Lidy. Het was namelijk de derde keer dat we telefoon kregen en steeds vroeg een vriendelijke mevrouw of ze misschien even met Candy mocht spreken. Ik had haar tot nu toe netjes verteld dat er hier geen Candy woonde. Ik nam op. “Hello” lispelde ik door de telefoon. “Hello” klonk het terug, “I was wondering if I could speak to Candy”. Ik twijfelde, maar het ondeugende Haagse jongetje in mij won. Voor ik het goed en wel wist, hoorde ik me zelf zeggen: “Just a moment please, I’ll see what I can do for you, hold on a second”.

Ik legde de telefoon op het aanrecht en riep in het niets in mijn beste Euro-Engels: “Candy, someone on the phone for you…..”. Ik rommelde wat onduidelijks in de keuken, liet de kraan eens lopen en riep nog eens “Candy…, telephone…!”. Candy kwam natuurlijk niet boven water. “Hello”, meldde ik me weer aan het apparaat en het kostte me nu meer moeite om niet in lachen uit te barsten. “Maybe she’s in the bathroom, hold on a sec…”. Kennelijk was ik door de mand gevallen, aan de klik te horen was de verbinding verbroken….

BILD0923  Het was een Lazy Afternoon zoals Ray Davies dat zo mooi bezongen heeft. Na een uurtje vluchtten we van het bloedhete balkon de koele kamer in. Tegen de avond stuurden we de Jeep naar de Cracker Barrel. “I like your hat’, loog het meisje dat ons naar onze tafel dirigeerde. “Thank you” glunderde ik. “It matches your shirt” maakte zij het nog bonter. Een ander vriendelijk meisje kwam de bestelling opnemen. We kozen voor de Atlantic Haddock omdat die ons nog het meest aan de donderdagse Lekkerbek deed denken. “I like you accent”, lachtte ze vriendelijk. “Dat kost je je tip, kind”, was mijn eerste gedachte en ik legde met zorg mijn hoed op de lege stoel naast me. Bij ons thuis zetten wij de hoed nog af, tijdens de maaltijd.

De Disney Crowd Calender staat voor morgen op 4. Wij verwachten dat de meeste stofslachtoffers inmiddels wel zo’n beetje huiswaarts zijn gekeerd, dus verkneukelen wij ons op een rustige dag in het park morgen. Het is alleen nog even de vraag of het  hoedje bestand  zal zijn tegen de venijnige valwinden in de Disneytram. Watch your step, lower your head BILD0910and mind your hat…..Lidy heeft al aangeboden er een elastiekje voor onder de kin aan vast te maken. Een lief aanbod dat beleefd is geweigerd……Zeg nou zelf, in noodgevallen kan ik me immers altijd nog prima met mijn oude petje redden.

woensdag 21 april 2010

Verleidelijk voorjaar

Qua wildlife is Cane Island de rosse buurt van Kissimmee. Het hitsigheidsgehalte aan de borders van de vijver evenaart dat van die in de Geleenstraat in Den Haag op vrijdagavond. De mannetjes paraderen, loerend uit hun ooghoeken naar het vrouwelijk schoon. De vrouwtjes wachten af en kiezen op een moment dat het hen uitkomt, de gewenste partner. Ik zit in de avondzon en ben er tegen wil en dank getuige van.

Het begon eerder deze week al met de jacht van de huis- tuin- en keukeneend die, na de jammerlijke verdwijning van de ducklings, snel weer orde op zaken wilde stellen door met moeder eend van wippestein te gaan. Inmiddels hebben zich eenden van een voor mij onbekende soort aan de vijver gevestigd. Ze zijn van een fors formaat en zeker niet monogaam. Mannetjes jagen de vrouwtjes op. Zolang de vrouwtjes op de wal zijn, schijnt de paring niet aantrekkelijk te zijn. Vrouwtjes in de vijver, dat is je ware! Daarom jagen de kereltjes die wijfjes natuurlijk permanent op. Als de vrouwtjes denken dat ze eindelijk in rustig vaarwater zijn, bespringt zo’n gluiperd ze van achteren om vervolgens met veel gespetter de pruimen op sap te zetten.

Libellen zie je hier ook veel. Vergis je niet in libellen, het zijn wrede roofdieren die met gewaagde scheervluchten boven de zo vredig ogende vijver hun prooi opjagen. Ze doen nuttig werk, hoe meer muggen ze vangen, hoe liever wij mensen het hebben. Tegen de gele muur zitten twee prachtige, grote exemplaren in de avondzon. Verleiding, verleiding, o, wat ben je mooi. Tergend langzaam voltrekt zich een sensuele dans. Langzaam kruipen ze naar elkaar toe. Ze hebben de tijd, eindeloos de tijd.  Wanneer het eindelijk zo ver is, blijkt het mannetje een tedere lover. Je voelt je toch een beetje een voyeur als je de natuur van zo nabij haar gang ziet gaan, dus je wendt zo nu en dan de blik eens af. Als ik weer durf te kijken, is het kezende stelletje verdwenen.

Tegen de regenpijp zit een grote zwarte gekko. Hij is niet alleen. Wie wel, hier op Cane Island…. Van het vrouwtje zie ik alleen de pootjes en het staartje af en toe om het hoekje piepen. Het mannetje blaast zijn enorme rode keelzak op tot onwaarschijnlijke proporties. Een teken dat hij klaar is om een doppie te maken. Het stel houdt niet van pottenkijkers en trekt zich discreet terug achter de regenpijp. Na een poosje installeert het mannetje zich op een riant randje in de zon. Hij kijkt me met zijn brutale kraaloogjes aan, zoals een man kijkt die na de daad der daden wel een sigaretje zou willen opsteken…

De natuur vormt paartjes in deze tijd van het jaar. De buurvrouw van schuin beneden heeft, wellicht bij gebrek aan een partner, een klef Keeshondje. Zo’n bezitterige pluizebol, die wanneer er nog maar iemand in de buurt van zijn vrouwtje komt, keffend opvliegt en zijn tandjes laat zien. Rond deze tijd zitten de buurvrouw en haar hondje lekker in de avondzon. Wanneer het hondje grommend en keffend opvliegt, steekt de buurvrouw, zonder van haar Enquirer op te kijken, achteloos haar been omhoog. De hond maakt de oudste beweging ter wereld tegen haar voet, tongetje uit de bek. Na dit potje kunstbiljarten gaat ‘ie weer rustig in het gras liggen.

Rond acht uur wordt het donker. Ik wacht op het concert dat aan de de grootste collectieve veegbeurt van dit stukje wildlife achter de 192 vooraf gaat; die van de kikkers die tot het ochtendgloren luidruchtig en langdurig pret zullen maken. Twee prachtige jonge zwarte vrouwen lopen langs het pad langs de vijver. Ze kijken schuin naar boven waar ik me veilig op het balkon waan en lachen hun tanden bloot. “Hi there”, klinkt het in koor……Beleefd groet ik terug en ik bedenk me dat het tijd wordt om naar binnen te gaan. Want ook daar is de stemming opperbest en dat moeten we vooral zo zien te houden!

dinsdag 20 april 2010

Polo’s en petjes

Om precies zeven uur in de ochtend stak Teleton, nog ongeschoren in pendek en T-shirt, voorzichtig zijn hoofd tussen de lamellen door. Net wakker dacht hij even dat zijn hoofd nog scherpgesteld moest worden maar nee, het was buiten mistig. Er moest een beslissing worden genomen; tuffen we vroeg richting Cape Canaveral om de spaceshuttle geruisloos uit de lucht te zien vallen? Liefst op de landingsbaan van Kennedy Space Center…..of duiken wij weer tussen de klamme lappen en denken we er nog eens over?

Gezien het feit dat de landing onder dezelfde omstandigheden gisteren ook al was uitgesteld, koos ik voor de laatste optie. Rond half negen waagde ik een tweede poging. Hoofd weer tussen de lammelen; potdicht. Van de mist! Dus schakelden wij de tv in om te zien of de omstandigheden aan de kust gunstiger waren. Dus niet; potdicht. De landing werd een halfuurtje uitgesteld en wij maakten een ontbijtje. Als door een onzichtbare hand geregiseerd, klaarde de lucht in een mum van tijd over geheel midden Florida op. Boven werd de landing ingezet. Met een prachtige glijvlucht die over een flink deel van de Verenigde Staten te zien moet zijn geweest, zeilde de shuttle de dampkring binnen. Boven delen van Florida klonken luide knallen van de luchtdruk, verder landt de shuttle in stilte.

Straaljagers brachten de landing fenomenaal in beeld. Een rustige stem vertelde van de enorme krachten die bij de landing vrijkomen. De hoek waaronder de shuttle daalt, bleek zeven keer zo steil te zijn als die van een verkeersvliegtuig. Ademloos keken we naar het grote scherm in onze woonkamer. Spijt had ik. Spijt dat ik niet toch de moeite had genomen een uurtje door de mist naar de kust te rijden. Maar gelukkig hebben we de lancering op 14 mei nog!

In de loop van de ochtend tuften we, gekleed in korte boks en een frisse polo, de hele International Drive af op weg naar het Prime Outletcenter. Geen files, zoals in het weekend, parkeren voor de deur en een stralende zon op onze knar. Mijn liefje, wat wil je nog meer. Op onze nagelnieuwe zachtlederen Rockports die we in december al op de kop hadden getikt, slopen wij de doodstille Reebok/Rockportwinkel binnen. Wij werden uitbundig begroet, de verkopers konden niet weten dat we ieder nog een kast vol schoenen hebben die nog nauwelijks ingelopen zijn. Van een ouder echtpaar geweest, altijd binnen gestaan! Onder het motto “Vandaag niets nodig,schoenenman” verlieten wij deze schoenenzaak via de Reebokuitgang. 

Wij kijken en kopen graag bij van Heusen en Izod. Daar vallen de korte boksen meestal lekker ruim en hebben de polo’s net dat beetje meer ruimte waar dat nodig is. Maar vandaag konden wij niets van onze goesting vinden. Nou ja, bij van Heusen vond ik die leuke platte pet waar ik al jarenlang naar op zoek ben. Ten minste, ik wilde hem in een lichte effen kleur. De collectie platte petten bestond echter slechts  uit zwarte en met ruitjes. De laatste vallen af, ik ben altijd bang dat er een ruitje breekt en een zwarte pet op zo’n guitig, roodverbrand hoofd is geen gezicht. Bovendien waren ze in de maatvoering one size fits all, behalve Teleton.

Met mijn oude vertrouwde pet meldden wij ons bij de Five Guys. De meeste Guys waren hier van het vrouwelijk geslacht, maar dat deed aan de kwaliteit van de burger en de frites uit Idaho niets af. Omdat wij graag zonder bijkomende kosten weer naar het oude vaderland teruggetransporteerd willen worden en het risico van overgewicht zo veel mogelijk willen uitsluiten, deelden wij de maaltijd. Voor de frites is dit geen probleem, maar de burger is er eigenlijk niet op gemaakt om in twee delen gesneden te worden. Zeker niet als je de burger, met cheese en bacon dat dan weer wel natuurlijk, op oudhollandsche wijze laat voltassen met the whole kaboodle. Wij waren zo stom om aan de bar op de hoge stoelen plaats te nemen, zodat de gehele foodcourt er getuige van was hoe wij de gesmolten kaas, de mushrooms, de gesauteerde uitjes en de tomaat met het broodje warm vlees in een smakelijk, romig sausje van natuurlijk vet, mosterd, tomatensaus en mayonaise langs onze kin voelden druipen. Terwijl wij maar voor een persoon servetjes hadden meegekregen…..

In de winkel van Ralph Lauren vonden wij een leuke polo in de gewenste maatvoering en met een mannelijke kleur. Ze verkochten ook prima polopetjes, maar veels te duur…..! Bij de kassa kan je kiezen of je direct in euro’s afrekent tegen de dan geldende koers, of dat je in dollars afrekent in de hoop dat de koers zich nog gunstiger ontwikkelt op het moment van afschrijven. Wij kozen  eens voor de ouderwetsche euro’s en voelden ons de koning te rijk.

Onder een bloedhete zon slenterden wij terug naar de Jeep die ons in a jiffy naar huis bracht. Via de Publix waar wij naast wat fruit en  water ook nog twee zakken Fridays Fajita’s fourageerden, omdat ze zo lekker smaakten. En omdat er nog coupons voor waren…..

De berichten over het luchtverkeer doen ons deugd. Zo wij het begrijpen, kunnen de meivakantiegangers gerust zijn. Zij komen er wel….! De thermostaat wordt hier inmiddels op waarden ingesteld die wij Hollanders zo graag hebben als we in Florida landen. Overdag gaan we naar de 90ies. Als jelui ‘s dan avonds aankomen, over een dag of tien, dan voelt het met een confortabele 75 graden heerlijk aan en zijn de swimmingpools net lekker op temperatuur. En tot die tijd houden wij de stemming er hier wel in!

maandag 19 april 2010

Vulcano Victims

Vanwege de overwacht prettige weersomstandigheden van deze ochtend, trokken wij de stoute schoenen aan en verplaatste de scene zich van Cane Island naar SeaWorld. Met de supersized plastic boterhamzakjes die ze hier als poncho’s verkopen onder de arm, voelden wij ons voldoende gewapend tegen de voorspelde buien.

Aangekomen in SeaWorld vielen de lange rijen bij de kassa op. Zouden dit allemaal Vulcano Victims zijn? Wij zijn van de jaarpas en omdat die nog tot 15 mei geldig is, liepen we de rijen vulkaanslachtoffers snel voorbij. Mijn wijsvinger was, helaas voor de mensen die achter ons in de rij waren aangesloten, uit het bestand van SeaWorld verdwenen. Na zes pogingen (try again….) mocht ik mij legitimeren. Hier hadden wij op gerekend! Het wijnrode boekje met de Nederlandsche Leeuw op de kaft, mijn beeldige pasfoto en het burgerservicenummer, werd uit de linnen rugzak van de Provincie Zeeland gediept. De dienstdoende kaartjescontroleur keek als een aap in een roestig horloge. Zo’n chique paspoort had ‘ie nog nooit gezien. Supervisor erbij…………! En achter mij morde het geplaagde volcano victimvolk dat qua geduld toch al zo op de proef was gesteld, these days.

De supervisor koos aardbeien voor zijn geld en valideerde fluks mijn wijsvinger. Nu Lidy nog, maar zij vingerde zich foutloos langs de controle. Met een blij gemoed ruimden we de pasjes en de paspoorten weer weg en gingen naar Believe, de 2010 versie, zonder interactie van trainers met de orca’s. Wij staarden beleefd naar de grond tijdens het oorverdovende, overdreven langdurige applaus voor de militaire medemens. Ook in onze naaste familie zijn oorlogsslachtoffers te betreuren en zelf heb ik ook nog onder ‘s Konings wapenrok gediend. OK, bij gebrek aan oorlog kwam ik, met een stelletje hashrokende slome duikelaars bij een nutteloos administratief legeronderdeel in Kampen terecht, maar toch.  Onze gedachten waren, zoals altijd tijdens dit genante onderdeel, bij al die andere goede zielen die zich ook nuttig maken op deze planeet, zoals daar zijn de verpleegsters, de postbodes en de schoonmakers op Schiphol.

Het is niet meer zoals het is geweest in het Shamu Stadium. De orca’s werden nauwelijks nog aangeraakt, van gezamelijke zwem- en stoeipartijtjes was uiteraard helemaal geen sprake meer. De babyshamutjes stalen de show. Je kunt rustig in de splash-zone gaan zitten, want hun gespetter komt niet verder dan de eerste vijf rijen. De show is aandoenlijk maar heeft nu een hoog Harderwijkgehalte. Ademloos keken we als kind in het Dolfinarium naar de sprongen van Gudrun. Maar ja, we zijn verwend in SeaWorld, waar je jarenlang het echte werk kon zien.

Als door twee personen is gecontroleerd of de poorten wel afdoende gesloten zijn, en ze zeker weten dat er niet een of andere orca zich aan een trainer zal vergrijpen, gaan de trainers te water. Zij zwemmen een onduidelijk rondje. Niemand springt rechtstandig uit het water, geen trainer presteert het om nog maar een toerist op de eerste rij nat te spetteren. Ze drijven en zwemmen en daar houdt het zo’n een beetje mee op. Het zijn geen orca’s, al doen ze alle moeite om er zo uit te zien. Ach, ieder zijn vak….! In het vak waar wij zitten, vangen we in de verte een glimp van een kromme reuze rugvin op. Tilly, Tilly klinkt het rond ons. En wij verlangden met weemoed  terug naar de periode van voor het verschrikkelijke ongeluk.

Aansluitend bezochten we A’lure-The call of the Ocean. Een coole show, al was het maar omdat de airco in de shock mode stond. Wij namen plaats opeen van de achterste rijen en keken belangstellend in het rond om te zien hoe de zaal zich langzaam vulde. Voor ons was nog een plekje vrij waar twee volwassenen met een normaal postuur riant plaats hadden kunnen nemen. Er naderde een gezin met afmetingen van de buitencategorie. Vader, moeder XXXXL en een uit de kluiten gewassen zoon die binnen afzienbare tijd niet voor zijn ouders zou onderdoen.

“Here Dad,” jubelde de zoon toen hij de lokatie voor ons in het snotje kreeg. Zijn ruimtelijk inzicht was nog niet erg ontwikkeld. Ook Pa en Ma ontbeerden een timmermansoog, maar zij namen toch plaats waardoor de mensen die al op deze rij zaten, met grote kracht werden samengeperst. Op een achteloos buiten de bank bengelende bil van de moeder na, zat de hele familie van de show te genieten. En wij hadden ook weer een leuke middag.

Na de tweede Believe show, die tot onze tevredenheid iets minder afstandelijk verliep, zette Pluvius de kraan wijd open. Wij schoven in onze poncho en spetterden zo snel als de spiegelgladde paden dit toelieten, richting parkeerplaats. Bij de Jeep aangekomen, hield het op met zachtjes regenen. Omdat juist een heel regiment drijfnatte wanhopig naar hun auto zoekende toeristen passeerde, wachtten wij nog een momentje. Want wij genieten graag tot de laatste snik en er is geen beter vermaak dan leedvermaak. De druppels stuiterden nu zo’n dertig centimeter van de auto op. Hier helpt geen plu of poncho tegen…

Aangekomen op Cane Island stelden wij vast dat het waterpeil in The Pond al behoorlijk was gestegen. Het niveau was nog lang niet op het peil van vorig jaar toen wij hier door een regenbui van twee weken werden getroffen. Maar, wat niet is kan nog komen. De stemming laten wij er niet door bederven, na ons de zondvloed!

De stemming in Seaworld (2)

Nadat ik eind februari na een noodlottig stoeipartijtje met een trainster per ongeluk een einde maakte aan haar leven, vreesde ik direct voor mijn toekomst. Ik had het niet slecht, in  Sea World Orlando. Hoewel ik, vanwege mijn forse afmetingen, nooit met een van die leuke trainermensjes in het water mocht spelen, had ik hier toch voldoende vertier. Zo mocht ik in het grote bassin van het Shamu Stadium als topattractie van de Believe show of Shamu Rocks de mensjes natspetteren. Als dank brak het publiek de tent af. Shamu, Shamu, riepen ze en ze klapten hun handen blauw. Grote jongens zijn populair en daar plukten ze bij SeaWorld jarenlang de vruchten van.

Na dat akkefietje met die trainster ben ik uit de gratie. Angstvallig proberen ze me hier uit het zicht van het publiek te houden. Ik ben er wel, maar je ziet me niet. De boosdoener blijft buiten beeld! Maar ik heb stiekum een plekje gevonden waar een klein deel van het Stadium mij, tussen de boompjes door, toch kan zien. Terwijl het jonge grut zich tijdens de show uit de naad werkt om de boel een beetje te vermaken, zwem ik tergend langzaam mijn rondjes. Tilly, Tilly roepen de mensen op de tribune. En dat vind ik nu ook weer vervelend ten opzichte van de jonkies, die geweldig hun best doen tijdens de shows, dus trek ik mij discreet terug. Gelukkig kan ik best een poosje onder water blijven.

Ook voor het kleine grut is het spelen met de trainermensjes in het water afgelopen sinds het ongeluk. Ze zijn afstandelijk geworden, de mensjes. Werden de kleintjes vroeger geknuffeld en vertroeteld en van dichtbij volgestopt met zalmen en tonijnen, nu wordt er van een afstandje een zooitje vis in hun bek gemikt en zit er een krakkemikkig hekje tussen.

Pas nadat de zware deuren naar de andere bassins zorgvuldig zijn gesloten en met extra kettingen verzegeld, zodat er geen orca bij kan, zwemmen de trainers met elkaar een rondje door het bassin in het Stadium. Of de mensen daar voor zullen blijven komen, ik weet het niet. Voor zwemmende mensjes kunnen ze net zo goed naar het Sportfondsenbad gaan, toch?

Kijk, dat mijn rol hier uitgespeeld zou zijn, dat wist ik wel na die onfortuinlijke stoeipartij. Maar dat de soortgenoten, die geen vlieg kwaad gedaan hebben, ook nog eens gestraft zouden worden, daar had ik geen rekening mee gehouden. En wie had kunnen denken dat ze de trainsters, die allemaal van die kittig wippende paardestaartjes droegen, zouden verplichten hun haar in een knotje te dragen, zodat ze er nu stuk voor stuk uit zien als een strenge kostschooldirectrice. Nee, wij zijn er hier in het park allemaal, door mijn onnadenkendheid, niet op vooruit gegaan.

Hoezo interactie tussen mens en dier? Hoezo een warme relatie op basis van liefde en vertrouwen? Ze mijden tijdens de shows contact alsof wij een besmettelijke ziekte hebben en lopen met een grote boog om ons heen. OK, wij Killerwhales zijn gevaarlijke dieren. Maar hebben we niet jarenlang bewezen dat we de mensjes met zorg behandelen als ze met ons in in het water komen spelen? Hadden we er al niet tientallen, zo niet honderden kunnen vermorzelen, als we dat perse hadden gewild? Kleine kinderen werden, op nog geen meter van ons vandaan, op het platform gezet om vooral maar een leuke foto te kunnen maken. En wij gingen er met respect en zorg mee om, in ruil voor ons maaltje vis.  Het is heel erg wat er met die trainster is gebeurd, maar om er achteraf zo’n toestand van te maken, waar niet alleen de dieren maar ook de bezoekers de dupe van zijn, was dat nou nodig?

Ik vond het wel netjes van SeaWorld dat ze de gesneefde trainster met een mooi filmpje voorafgaand aan de show herdachten. Kroelend met de kleintjes, springend met de groten, het waren mooie beelden. Zij kende de risico’s maar was niet bang. Ook niet voor mij. Zonder haar de schuld te willen geven, zou ik willen dat ze maar iets voorzichtiger met me was geweest. Maar het ontroerende filmpje is al weer uit de show verwijderd. There is no market for bad news!

Ik ben bang dat ik vandaag of morgen zelf ook verwijderd word uit dit park. Ze weten nu nog niet wat ze met me aan moeten. Terug naar de natuur? Ik zou wel willen, maar dat kan echt niet meer op mijn oude dag. Met mijn kromme rugvin kan ik me niet voldoende  voeden. De zalmen en zeehonden zouden zich rot lachen als ik de achtervolging inzette. Voor orca begrippen heb ik de snelheid en de wendbaarheid van een oude roeiboot. Nee, voorlopig zitten ze hier met een te grote, cynische orca opgescheept. Tot ik vandaag of morgen slachtoffer wordt van een geheimzinnig virus en op een maanloze nacht een dodelijke injectie krijg en wordt afgevoerd naar het destructie bedrijf. Mind my words, de dvd met de beste klappen en sprongen van Tilly ligt al gereed…..

Ik hoor de kettingen rammelen. Dat betekent dat de show afgelopen is en de poorten gezekerd worden. Ze mogen immers ook niet meer uitzwemmen in het grote bassin, na de show. Alle orca’s verzamelen zich in de zeven overgebleven bassins achter de schermen. Het achtste bassin is voor mij gereserveerd. Ik kan niet bij ze komen, kan ze niet voelen, mag niet met ze spelen. Maar ik hoor ze wel en als ik me goed strek, kan ik ze zien. En ik roep ze toe: “Pas maar op jongens, word vooral niet groot en sterk. Dan worden ze bang voor je en kom je eenzaam in de pool voor uitgerangeerde orca’s terecht. Oh, ja… wees in ‘s hemelsnaam voorzichtig met die trainermensjes……”

Voor wie deel 1 van De stemming in SeaWorld nog eens wil lezen, je vindt het hier.

zondag 18 april 2010

Over ditjes, datjes en fajitatjes

De zondag verloopt rustig op Cane Island. Het gekabbel van de nieuwe fontein (nu ook met gezellige avondverlichting, de zaken gaan goed hier!) wordt in de loop van de middag overstemd door het gekletter van de regenpijp. De lucht is loodgrijs, er staat geen zuchtje wind en men voorspelt een regentje voor de hele middag. Of langer…..

Vader eend zit mistroostig in het gras voor zich uit te staren. Gisteren is hij de hele dag druk doende geweest Moeder eend te grazen te nemen teneinde dit voorjaar toch die zo vurig gewenste gezinsuitbreiding tot stand te brengen. Moeder eend had er, zo te zien, even de buik goed van vol voor zover je dat bij eern eend kunt zeggen. Ze probeerde in ieder geval met gewaagde scheervluchten langs de gebouwen aan de voortplantingsdrift van Pa te ontkomen. Wij gingen zelf ook maar eens op avontuur, ditmaal naar de Outlets in Lake Buena Vista.

Ik trotseerde de lange rij bij onze vrienden van de Subway voor een footlong Italian cheese and herbs, bestaande uit roasted chicken, lettuce, cucumber, tomato, red peppers en swiss. Omdat ik dit toch wel een erg mager geheel vond, liet ik het zaakje feestelijk aftoppen met mosterd en mayonaise, met een snufje peper en zout als kroon op het werk. In de foodcourt zijn de radeloze ouders die met trays vol maaltijden rondrennen, op zoek naar een tafel en een stoel voor het hele gezin, altijd weer een attractie. Na afloop van onze maaltijd, maakten wij een vader van een jong gezin gelukkig met een schone tafel met vier stoelen. “Enjoy”, zeiden wij beteuterd, nadat we onder zijn dankbetuigingen waren bedolven. Wij deden slechts onze burgerplicht.

De dag stond wederom in het teken van kijke, kijke, niet kopen. Op dinsdag is het immers 50 plus dag en dan krijgen we in veel (niet in alle) winkels nog ens 10 % extra korting. Oorsprokleijk stond er nog een bezoek aan Epcot gepland. Vandaag treden daar immers de Nelsons op.  Opgericht door de tweelingbroers Nelson. Wie kent ze niet? Hun vader had in de grijze oudheid een hit met Hello Mary Lou.

Waar de echte fans natuurlijk het constante meiregentje met liefde zouden trotseren, lieten wij het jammerlijk afweten. Nooit zullen wij weten of deze jongens het weergaloze muzikale talent van hun vader evenaren. Jammer hoor! Epcot heeft nog twee weekends met optredens voor ons in petto. Het zijn niet echt grote namen, dus mocht het regenen, dan melden wij ons af. Bij mooi weer wonen wij de optredens bij van The Atlanta Rythm Section (Spooky..?) en Fran Cosmo (van de band Boston…? More than a feeling…? Don’t look back..?) De jongere lezertjes vragen zich waarschijnlijk vertwijfeld af waar‘ie het over heeft maar speciaal voor de schaarse oudere jongeren doen we er hier vanzelfsprekend verslag van. Dan doen de jonkies maar even iets voor zichzelf……

Om toch nog een goed gevoel over deze dag te krijgen, gingen wij nog even tanken bij Murphy’s, naast de Walmart aan de 535. Voor 2 dollar en 75 cents per Gallon zat de stemming er in huize Teleton al weer ouderwetsch in. Maar toen de verpakking aardbeien bij de Walmart verdubbeld bleek, terwijl de prijs nauwelijks was gestegen, kon ook deze dag niet meer kapot. Hoe meer je koopt, hoe groter het voordeel….! Bij de Publix visten wij dus nog twee zakken Fridays skilletmaaltijden uit de diepvries die ons, dank zij de coupon ditkeer geen 599 dollarcentjes kostten maar 399. Van louter plezier kan ik niet wachten om een paar dikke plakken bacon te gaan bakken en braden om die, nadat wij ons een heerlijke salade hebben bereid als eerste gang van het avondmaal, met gulle hand over het geheel te mogen verkruimelen. De twede gang bestaat uit een door Teleton persoonlijk opgepiepte sizzling chicken fajitas van de vrienden van Fridays. Wij besluiten de zitting met een portie aarbeien van groot formaat, puur natuur want we moeten aan de lijn denken…

Achter mij regent het onverminderd, maar Tante Truus van het weer jubelt op kanaal 58 dat het vanaf dinsdag weer opklaart! De avond valt en sinds gisteren is het niet meer de vraag of, maar wanneer het kikkerkoor zijn serenade zal beginnen.

Voor de nieuwkomers op dit blog: Over het dagelijkse kikkerconcert schreef ik in 2009 al een uitgebreide en nog steeds actuele column. Als ik het zelf al aardig vond om dit terug te lezen, is het misschien voor jullie ook wel leuk en leerzaam…...{;-)  Zie maar…..

Een muzikale avond

Wij kwamen rond een uur of half vijf in Universal aan en parkeerden de Jeep in Cat in the Hat. Het was druk. Zo druk hadden wij het in dit park nog nooit gezien, maar wij zijn een verwend stelletje.  We trakteerden onszelf op Fish ‘n Chips en zochten ons een plekje op het Mardi Gras French Quartier Festival terrein. Rond kwart over zes zaten wij als waren wij Taeke Taekema en Fatima de Moreiro de Melo, met onze kont op het kunstgras.

Na een half uurtje voelde ik aan het zitten dat liggen beter voor me was, maar we waren reeds ingesloten door mooie bruine britse blote damesbenen, waardoor ik mij nauwelijks meer durfde bewegen, uit angst mijn hand per ongeluk op zo’n been te leggen. Onrustig schuifelend op de vierkante meter en beurtelings de kramp uit de benen masserend, wachtten wij lijdzaam af tot security rond acht uur het sein gaf om collectief op te staan. 

Het concert van Chicago begon na afloop van de grote Mardi Gras Parade, rond half negen. Gedurende het eerste half uur kregen we de bagger van de laatste 25 jaar Chicago over ons heen. Veel fafafafa van het koperwerk. De bassist dreunt in je strot, de drummer drumt met mooie droge klappen, de percussionist haalt alles uit de kast. De band doet de bekende zeventiger jaren dansjes (doe een stapje naar voren, doe een stapje terug) terwijl ze mooie close harmony zingen. Maar het was te onbekend repertoire dat te ongeinspireerd werd gespeeld. Lauwe applausjes, de hits bleven te lang uit.

Na meer dan een uur ging de beuk er gelukkig toch nog in. De solo’s van de blazers waren misschien niet meer zo mooi strak, maar er werd nu met hart en ziel gespeeld.  Saturday in the park, Make me smile, Old days, You’re the inspiration en Beginnings werden uit volle borst door het publiek meegezongen. I’m a man klonk zoals Steve en Muff Winwood het bedoeld moeten hebben toen ze het schreven. Met een brullende, grommende, jankende Hammond, B3, gierende gitaren en scheurende saxen. Daar waren we voor gekomen! De set werd afgesloten met een spetterende versie van Feeling stronger everyday (I am allright now…..yeah).

De band liet zich met plezier terugfluiten en klappen. We kregen nog een relatief onbekend nummer: I want to be free. De stars en stripes werd uitgerold, daar lusten de Yankees wel pap van.  Uitsmijter van de avond was 25 or 6 to 4. Vol van het concert en nog voller van de jeugdherinneringen worstelden wij ons door de drukte huiswaarts. Waar ons nog een vocale verrassing wachtte. Toch nog onverwacht heeft zich het kikkerkoor weer in onze vijver gevestigd.

Trouwe lezers herinneren zich het verslag van de frogs en cricketconcerten van 2009 nog wel. Horen en zien vergaat je, het lawaai gaat door merg en been en overstemt het geluid van de tv of de radio met gemak.  En dan zijn het alleen nu alleen nog maar de kikkers, wacht maar tot de krekels zich bij het  orkest voegen. Gelukkig zijn wij niet voor een gat te vangen  en liggen mijn oordoppen van de Walmart al gereed om mij de nacht door te helpen. Mij krijgen ze niet klein, die geile groene rakkertjes. En Lidy? Die had wegens de droge klappen van de drummer en de dreunende bassen van de bassist en de dreigende decibellen in Universal op voorhand haar gehoorapparaatjes al uitgelaten…..